Een golf met vluchtelingen in bootjes.
Het werk verbeeld een grote golf in een storm op de woeste zee.
Op de golf worden bootjes met (klimaat)vluchtelingen meegevoerd. Er is geen besef meer van boven of onder.
De onderkanten van de boten vormen monden, lippen.
Roepend in een orkaan, het water aan de lippen.
De golf is bijna een lemniscaat, oneindig.
(Het werk kan zowel liggend als hangend geëxposeerd worden.)